Lauwersmeer NP

De turbulente geschiedenis van een open landschap

'Lauwerssé moat ticht!' stond er te lezen op de protestposters die achter menig Fries raam waren geplakt. Met de stormramp van 1953 en de Kerstvloed van 1954 achter de rug waren de mensen het helemaal beu. Eigenlijk verhoogde de staat liever de bestaande zeedijken: de goedkoopste optie. Maar het gros van de bevolking ging hier niet mee akkoord en koos voor absolute veiligheid, oftewel de aanleg van een dertien kilometer lange afsluitdijk. 

LauwersoogTegen de afsluiting waren de garnalenvissers van Zoutkamp; zij vreesden voor hun bestaan. Ook natuurliefhebbers zagen niets in het plan. Volgens hen zou het gebied maar een modderige bedoening worden, waar zeehonden en eidereenden voorgoed van het toneel zouden verdwijnen. Maar de druk van het volk bleek té groot, en al in 1960 werd het Besluit tot Droogmaking van de Lauwerszee genomen. Op 25 mei 1969 was de afsluiting een feit. De Lauwerszee ging ter ziele en het Lauwersmeer werd geboren.

Van toen naar nu in vogelvlucht

Vroeger had de zee vrij spel in dit gebied. Niet alleen eb en vloed bepaalden het ritme van het leven, maar ook levensbedreigende overstromingen. De mensen woonden aanvankelijk nog op terpen (Fries) of wierden (Gronings), maar doordat het aantal bewoners toenam en er op deze aarden heuvels een gebrek aan ruimte ontstond, besloot men rond het jaar 1000 dijken aan te leggen om het land te beschermen. Ook legde men polders aan die prima landbouwgrond opleverden, en brede zeegeulen werden Lauwersmeervoorzien van een sluis. Tenslotte werd dus ook de Lauwerszee afgesloten, en wat voorheen een onberekenbare zeearm was, werd in korte tijd een kalm natuurgebied met een ongekende vogelrijkdom. De natuur bleek zelfs zó bijzonder dat het Lauwersmeer reeds in 2003 is uitgeroepen tot Nationaal Park.

Ballast overboord

Het zonnetje schijnt en optimistisch beginnen we aan onze eerste verkenningstocht door het gebied. We hebben gekozen voor de vijf kilometer lange Observatietorenroute door het Ballastplaatbos. Een veelzeggende naam, want ooit gooiden schepen hier hun ballast overboord als het er naar uit zag dat zij de haven niet konden bereiken vanwege het laagstaande water. Getrouw volgen wij de blauwe paaltjes om tegen het einde van de wandeling bij de observatietoren aan de rand van het bos te geraken. Het uitzicht is werkelijk prachtig. Op de voorgrond de herfstgroene, drassige graslanden en even verderop het ondiepe water van Achter de Zwarten: het open landschap dat zo kenmerkend is voor het Nationaal Park Lauwersmeer.  

Na de afsluiting van de Lauwerszee waren het uiteraard de vogels die als eerste op het gebied afkwamen. Het ondiepe water en de slikkige oevers boden hen behalve een Observatietorenrouteuitstekende  drinkplaats ook een veilige rustplaats. Daarna kwamen de zoetwatervissen, die op hun beurt weer dienden als voedsel voor talloze visetende vogels. Het duurde niet lang of dieren als konijnen, hazen, reeën, vossen, muizen en mollen kwamen aandraven. Thans geldt het gebied als een van de meest geliefde plekken voor vogelaars. Met hun verrekijkers turen zij urenlang naar lepelaars, duikeenden (zoals kuifeend en tafeleend), bergeenden, futen, steltlopers (zoals de kluut) en aalscholvers. En terwijl zij op de graslanden weidevogels, roofvogels en de duizenden ganzen die hier jaarlijks overwinteren treffen, gaan zij in de rietvelden op zoek naar zeldzame moerasvogels die hier hun nestjes bouwen. Maar o wee als de zeearend is gespot; dan barst het feest los in Lauwersmeer!

Verse garnalen

Terwijl de bonte schepen in de binnenhaven van Lauwersoog nog een buitengewoon pittoreske aanblik bieden, zijn de robuuste vissersschepen in de haven aan de Waddenzee van een veel woestere orde. Zo´n veertig jaar geleden voeren de vissers nog met hun garnalenkotters van Zoutkamp, in het zuiden van de Lauwerszee, naar de Waddenzee. Na de Tweede Wereldoorlog had deze plaats zich ontwikkeld tot het onbetwiste centrum van de Nederlandse garnalenvisserij, maar met de afsluiting van de VogelrouteLauwerszee kwam aan alle euforie een einde en zag de Zoutkamper vloot zich gedwongen te verhuizen naar het noordelijker gelegen Lauwersoog. Uiteraard waren de vissers hier niet blij mee; toen Koningin Juliana het dorp in 1969 bezocht gingen de vlaggen dan ook allemaal halfstok. Vandaag de dag kunnen de verse, reeds aan boord gekookte garnalen direct in een van de restaurants op de kade van Lauwersoog verorberd worden, en doet de vloot eens per jaar de haven van Zoutkamp weer heel eventjes aan tijdens het Zoutkamper Pinksterfeest.

We bewandelen het Orchideeënpad, een zeven kilometer lange, blauw gemarkeerde route die langs de havens van Lauwersoog voert, over de eindeloze Waddendijk, langs uitgestrekte orchideeënvelden waar nu in het najaar helaas niets te zien valt, maar waar men van mei tot juli kan genieten van de vele zeldzame orchideeën. Het laatste stukje pad gaat door het Lauwersoogbos, waar veel trekvogels een beschutte rustplek vinden. Ondanks dat Staatsbosbeheer er alles aan doet om dit bos een natuurlijk aanzicht te geven, bijvoorbeeld door het laten liggen van dood hout, kunnen de kaarsrechte rijen bomen niet verhullen dat het hier om mensenwerk gaat. En wat is er zaliger dan de wandeling af te sluiten met een heerlijke kop warme chocomel in het gemoedelijke en gezellig drukke, houten Strandpaviljoen met prachtig uitzicht op het water? 

Nieuwsgierige kijkers

De zeven kilometer lange, met witte paaltjes aangegeven Vogelroute door het Zomerhuisbos en de waterrijke (lees: onbegaanbaar modderige) rietvelden van de LauwersmeerKollumerwaard, lopen wij op een dag met zeer dichte mist. Van een ontmoeting met bijzondere vogels kan dan ook geen sprake zijn, en zelfs de klim naar de uitzichtheuvel met het veelbelovende informatiepaneel biedt geen soelaas. Wél komen wij op dit pad oog in oog te staan met enkele nieuwsgierige kijkers die ons vanuit de nevel nauwlettend in de gaten houden: Schotse hooglanders. Op het informatiebord werd het al aangegeven: "het gebied op eigen risico betreden, deze dieren kunnen onvoorspelbaar gedrag vertonen". Ik neem deze waarschuwing uiteraard niet voor lief en probeer van een ruime afstand toch een mooie foto van deze imposante beesten te maken. Schotse hooglanders zijn, evenals konikpaarden, in dit gebied geïntroduceerd om het open landschap in stand te houden. Na de afsluiting van de Lauwerszee ontwikkelde de natuur zich namelijk razendsnel en verruigde het gebied al gauw door het oprukken van struiken en bomen. Dit was echter tegen de plannen in en zou ten koste gaan van het beoogde open landschap: het ondiepe water, de slikkige oevers, de graslanden en de rietvelden. Bijzondere vogelsoorten zouden verdwijnen. Maaien en kappen door de mens verstoort de natuur te zeer en is bovendien zeer arbeidsintensief, dus besloot Staatsbosbeheer om natuurlijke "maaiers" Vogelroutein te zetten. Schotse hooglanders en konikpaarden bleken erg geschikt, vooral ook omdat zij zich prima zelf kunnen redden en alleen tijdens strenge winters bijgevoerd hoeven te worden. Behalve de jaarrondbegrazing door deze dieren, vindt er ook seizoensbegrazing plaats door vee en paarden van boeren uit de omgeving, en wordt jaarlijks een deel van het riet gemaaid. Zo kan het unieke landschap van het Nationaal Park Lauwersmeer voor de toekomst worden behouden.

 

PRAKTISCHE INFORMATIE

Hoe er te komen/accommodatie

Het Lauwersmeer is met de auto gemakkelijk te bereiken via de N361 vanuit Leeuwarden / Dokkum of Groningen. Er vertrekken ook bussen vanuit Leeuwarden en Groningen.Wij verbleven in Natuurdorp Suyderoogh van Landal Greenparks, prachtig gelegen aan het Ballastplaatbos. Voor meer informatie zie: www.landal.nl

Wandelen

Staatsbosbeheer heeft tien van kleuren voorziene wandelingen uitgezet met afstanden variërend van 2 tot 7,5 kilometer. De wandelkaart van Staatsbosbeheer omvat het hele Suyderooghgebied en is verkrijgbaar voor 6,95 Euro. Van de drie populairste wandelingen  Orchideeënpad, Observatietorenroute en Lauwerspad  zijn aparte (gratis) folders uitgebracht, die ook als pdf te vinden zijn op de website van het Nationaal Park. De uitgestrekte Marnewaard even ten oosten van het Lauwersmeer is thans ingericht als militair oefenterrein, maar ook dit prachtige gebied is vrij toegankelijk wanneer er geen oefeningen plaatsvinden. Wil men een langere dagwandeling maken, dan is het ook mogelijk twee wandelroutes aan elkaar te rijgen. Zo kan het Orchideeënpad uitstekend gecombineerd worden met de 7,5 kilometer lange Marneroute (deze paden kruisen elkaar in het Lauwersoogbos), of kunnen aan de Vogelroute in het zuiden van het park de Diepsterbosroute met een lengte van 5 kilometer en/of de Hooglanderroute van 2 kilometer geplakt worden.

 

© 2011, Monique van Gaal

Dit verhaal is eerder gepubliceerd in Op lemen voeten, 2012-1