Wandelen in de achtertuin van Trinidad
Het stadje Trinidad aan de zuidkust van Cuba heeft alles in huis voor een ongekend gevarieerde vakantie: een schilderachtig koloniaal centrum, idyllische stranden, en als slagroom op de taart een weelderig begroeid berggebied in de achtertuin.
Weldadig rustig
Cuba is overwegend vlak. In het uiterste westen van dit langgerekte eiland vind je de befaamde karstheuvels bij Vinales en in het uiterste oosten de onherbergzame Sierra Maestra. Tussen die twee berggebieden in ligt ruim duizend kilometer land zonder noemenswaardige hoogteverschillen, met slechts één in het oog springende uitzondering: de Sierra del Escambray. Het is maar een klein gebied, grofweg tachtig bij tachtig kilometer met toppen van net boven de duizend meter, en ondanks dat het immens populaire Trinidad dagelijks bussen vol toeristen ontvangt, is het hier in de bergen nog altijd weldadig rustig.
De rit naar boven is overweldigend. Over een afstand van slechts twintig kilometer klimmen we van zeeniveau naar een hoogte van ongeveer achthonderd meter. De geasfalteerde weg kronkelt steil en traag omhoog. De vegetatie wordt alsmaar dichter. Bij elke haarspeldbocht weer dat spectaculaire uitzicht op Trinidad, het schiereiland Ancón met haar hagelwitte stranden en die eindeloze azuurblauwe zee. Nadat wij dagenlang vol bewondering en hoge verwachtingen tegen dit gebergte hadden aangekeken, is het nu tijd om dit zo prominent aanwezige stadsdecor eens vanuit een heel andere hoek te gaan bekijken. Ook doet een bezoek aan dit gebergte wild fantaseren over die nog immer gedenkwaardige dagen dat Che Guevara en zijn revolutionaire troepen zich hier in de bossen schuilhielden, tijdens de laatste uren van de Cubaanse Revolutie tegen het regime van Batista in 1958. Het was in de wildernis van de Sierra del Escambray dat de voorbereidingen voor de beslissende aanval op de stad Santa Clara plaatsvonden.
Verrassende momenten
Aankomst in Topes de Collantes, waar de hotels en het bezoekerscentrum zich bevinden, staat garant voor verrassende momenten. Daar waar je eigenlijk verwacht een pittoresk bergdorpje aan te treffen, is het het van wansmaak getuigende, monsterlijk grote en grauwe Kurhotel dat je verwelkomt. President Batista opende dit gedrocht, dat destijds dienst deed als sanatorium voor tuberculose patiënten, in 1954. Een korte blik om ons heen leert al snel dat ook de rest van de gebouwen in Topes in een onvervalst communistisch jasje zijn gegoten: log en fantasieloos. De brede, verlaten hoofdweg wordt geflankeerd door overdreven hoge stoepranden. Tussen de bossen liggen her en der verspreid enkele hotels, maar helaas mag het overgrote deel ervan alleen onderdak bieden aan de Cubanen zelf. Gelukkig ziet het speciaal voor de buitenlandse toeristen geopende hotel Los Helechos er een stuk gezelliger uit. Het inmiddels ingetreden verval en het verwaarloosde en dientengevolge gesloten zwembad nemen wij voor lief.
Eindeloos contrasterend met de treurig ogende bouwsels is de alom aanwezige natuur. Topes de Collantes ligt in een beschermd natuurgebied. In dit tropische regenwoud vind je talloze watervallen, riviertjes, grotten en kloven. Verspreid in het woud zijn enkele koffieplantages aangelegd die de omgeving echter niet schaden of ontsieren. De hellingen zijn steil, de dalen diep en de vegetatie uitbundig. In het kristalheldere water van talloze poeltjes kun je heerlijk zwemmen. Maar een bezoek aan dit berggebied biedt vooral ook de mogelijkheid om even bij te komen van de subtropische temperaturen in Trinidad. Topes ligt op een hoogte van bijna 800 meter en het is er dus altijd een paar graden koeler dan aan zee. Bovendien regent het hier vrijwel elke middag. Wandelen kun je dus het beste in de ochtend doen.
Salto del Caburní
En wandelen, ja, daar komt men voor! De bekendste trail is die naar de Salto del Caburní. Het is al een flinke mars door het dorp, langs het Kurhotel en de Caburní bungalows. Bij een slagboom wordt entree geheven. Maar dan, bij een gezellig barretje midden in de bush, kan de wandeling pas goed van start gaan. Je duikt als het ware het regenwoud in en wandelt over een afstand van ongeveer drie kilometer alsmaar steil bergafwaarts. Het is een natuurlijk, modderig en rotsachtig pad. Hier in de bergen valt er vrijwel elke middag of nacht een aanzienlijke hoeveelheid regen en de paden kunnen dan ook behoorlijk glibberig zijn. Goede wandelschoenen zijn onmisbaar. Door het van alle kanten aan je opdringende woud vol spannende planten, bloemen, vogels en insecten, dalen we af tot aan de fantastisch mooi gelegen Caburní waterval. Deze 62 meter hoge waterval dendert neer vanaf een bijna loodrechte roodkleurige rotswand en slingert zich in iele banen een weg naar beneden langs de spekgladde rotsen, om vervolgens even uit het zicht te verdwijnen en op een lager gelegen punt weer dramatisch en in vol ornaat neer te plenzen in een prachtige poel van glashelder water. Op deze wereldse plek zijn wij niet alleen; op de reusachtige rotsblokken zitten of liggen wandelaars wat uit te rusten of op te drogen na een verkoelend bad. De terugweg is een stuk vermoeiender, maar daardoor zeker niet minder aangenaam, en bestaat uit de schijnbaar eindeloze klim terug naar boven. Gelukkig is daar aan het einde van het pad het gammele houten barretje, waar wij even lekker kunnen nagenieten met een verkoelend drankje in de hand.
Topes de Collantes biedt meerdere wandelingen in de omgeving. Eén daarvan is het schaduwrijke en vlakke drie kilometer lange pad naar La Batata, waar je in een grot verkoeling vindt in een ondergrondse rivier. Ook is het mogelijk met een 4-wheeldrive naar andere plekken in het gebergte te rijden om van daaruit wandelingen te maken.
PRAKTISCHE INFORMATIE
Hoe er te komen
Een taxirit van Trinidad naar Topes de Collantes kost ongeveer 20-25 CUC (Cubaanse Convertibele Peso, 1 CUC = ca. 0,72 Euro); openbaar vervoer ontbreekt. Voor elk van de wandelingen moet een klein bedrag betaald worden. Georganiseerde wandeltochten zijn te reserveren in Trinidad of in het bezoekerscentrum van Topes de Collantes. Echter, de ervaring leert dat er in het bezoekerscentrum vrijwel nooit iemand aanwezig is. Die ene keer dat er een vrouw schuw tevoorschijn kwam, en zij geschrokken haar hoofd heen en weer schudde, deed ons besluiten haar verder maar met rust te laten. Er rijden regelmatig toeristenbussen van de hoofdstad Havana naar Trinidad; de rit duurt vier uur.
Accommodatie en eten
Toeristen kunnen verblijven in Hotel los Helechos of Villa Caburní. Hotel los Helechos beschikt over een restaurant dat alleen op gezette tijden geopend is. Verder zijn er geen eetgelegenheden te bekennen in het dorp. Het zwembad was ten tijde van ons verblijf buiten gebruik. Villa Caburní, pastelkleurige bungalows gebouwd rond een grasveldje, was voor onbepaalde tijd gesloten.
Omgeving
Behalve cultuur, bergen en strand, vind je op korte afstand van Trinidad ook de bezienswaardige suikerrietplantages van de Valle de los Ingénios. Een bijzondere trekpleister die net als de stad Trinidad zelf op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Koffieplanters hebben sinds jaar en dag dit gebied bewoond en koffieplantages zijn dan ook her en der verspreid in de Sierra del Escambray te vinden.
Beste reistijd
Cuba heeft een subtropisch klimaat en het is er het hele jaar door warm en zonnig. Onze winterperiode is de beste tijd voor een reis naar dit eiland. Het is er dan droog, zonnig en niet al te warm. Tijdens onze zomerperiode is het op Cuba vrij heet; juli en augustus zijn de warmste maanden. De luchtvochtigheid is dan zo hoog dat het vrij klam kan aanvoelen. Ook regent het er dan meer dan gemiddeld en neemt de kans op een orkaan toe.
© Monique van Gaal, 2011
Dit verhaal is gepubliceerd in Op lemen voeten, uitgave 2011-4.